Op 12 november 2020 werd België voor de tweede maal – een eerste maal reeds op 12 april 2018 – door het Europees Hof van Justitie veroordeeld voor de ongelijke belasting, in de personenbelasting, op huurinkomsten van onroerende goederen gelegen in België en onroerende goederen gelegen in het buitenland.
De berekening van de belasting op huurinkomsten voor onroerende goederen gelegen in België gebeurt heden op basis van het kadastraal inkomen (KI), een fictief inkomen dat overeenstemt met het gemiddelde jaarlijkse netto-inkomen dat het onroerend goed zijn eigenaar zou opbrengen. Het referentietijdstip hiervoor is echter 1 januari 1975. Niettegenstaande jaarlijkse een indexatie wordt toegepast (inkomensjaar 2020 : x 1,8492) ligt het bedrag van het KI evenwel veel lager dan de reële huurinkomsten.
Voor onroerende goederen gelegen in het buitenland wordt geen rekening gehouden met het kadastraal inkomen – hetgeen daar ook vaak niet bestaat – maar wordt gekeken naar de reële huurinkomsten.
De belasting op huurinkomsten voor onroerende goederen gelegen in het buitenland ligt dus veel hoger dan die voor onroerende goederen gelegen in België. Het Hof van Justitie stelt dat dit een ongelijke behandeling is en veroordeelt België tot betaling van een geldboete van 2.000.000 EUR, alsook om een einde te maken aan deze ongelijke behandeling en dit onder verbeurte van een dwangsom van 7.500 EUR per dag vanaf 12 november 2020.
Om een einde te maken aan deze ongelijkheid heeft Minister van Financiën Vincent Van Peteghem vorige week een wetsontwerp voorgelegd om de belasting op huurinkomsten voor onroerende goederen in het buitenland voortaan ook te berekenen op basis van het kadastraal inkomen. De Minister kiest er, tegen de algemene verwachtingen en de verwachtingen van de meeste fiscalisten in, immers bewust voor om niet te sleutelen aan de belasting op huurinkomsten voor onroerende goederen gelegen in België.
Concreet komt het erop neer dat de fiscus nu voor maar liefst 150.000 woningen een ‘fictief’ kadastraal inkomen zal moeten bepalen en België aldus het kadastraal inkomen naar het buitenland zal ‘exporteren’. De eigenaars van de onroerende goederen in het buitenland zullen een brief ontvangen met de vraag om de nodige inlichtingen te geven omtrent hun onroerend goed.
Indien U hierover nog vragen heeft, staan wij uiteraard graag te Uwer beschikking.